Categories: Redactioneel

by webmaster

Share

Categories: Redactioneel

Share

De slager zelf kan zijn tranen niet meer bedwingen als hij zijn verhaal, twintig jaar later, vertelt aan de Brits/Canadese onderzoeksjournalist Alan Edmonds.  Een verhaal over  ‘An unknown soldier and an unknown village in the northern part of Holland, called Friesland’ zo schrijft de journalist in juni 1967 in de krant Maclean’s. Het verhaal over Wilfred Robert George Berry.

De 20-jarige Wilfred Berry werkt begin jaren veertig aan de lopende band in de fabriek van General Motors in Ontario, Canada. Na de dood van zijn moeder is hij het contact met zijn jongere broers en zus verloren. Berry leidt een onopvallend bestaan. Zowel thuis als in de fabriek. Hij doet wat van hem gevraagd wordt. Niets meer, niets minder. In april 1941 wordt hij opgeroepen als soldaat bij de Royal Canadian Dragoons en vertrekt hij naar Europa. Na bijna vier oorlogsjaren in onder meer Engeland en Italië volgt nog een laatste opdracht in Nederland. De oorlog loopt immers ten einde.

Maart 1945

In maart 1945 wordt Berry samen met zijn medesoldaten van het Canadese leger uitgezonden naar Friesland om het noordelijke en nog bezette deel van Nederland te bevrijden.  Hij ontmoet – bij toeval-  na jaren zijn jongere broer die ook in het leger dient. Tien dagen later, op 11 april, verlaten de laatste Duitse soldaten in Oldeholtpade een kapotte tankwagen. Alhoewel het landbouwrijke dorp ongeschonden en zonder geweld of verlies van inwoners de oorlog door is gekomen, worden de eerste Canadese troepen als helden onthaald in de spaarzame straten van het Friese dorp. Wilfred Berry rijdt een dag later in één van de Canadese verkenningswagens op weg naar Heerenveen door Oldeholtpade.  Na het uitdelen van sigaretten, chocola en brood  neemt de chauffeur de  verkeerde afslag. Per abuis rijdt het in de richting van en langs de kapotte en verlaten Duitse tank. Dan gaat het mis. De tank blijkt niet verlaten want vanuit de tank wordt plotseling geschoten. Duitse wanhoopschoten. Twee inzittenden weten levend en ongedeerd uit de Canadese verkenningswagen te klauteren. Berry niet. Hij is geraakt en zwaar gewond. De Duitsers ontsnappen. De overige Canadese legerauto’s zijn al op weg richting Heerenveen. Dertig minuten zou Berry nog hebben geleefd. Hij zou om water hebben gevraagd en gekregen. Van de vrouw van slager Jan Dekker. Na zijn dood volgt direct een inzamelingsactie onder de inwoners van Oldeholtpade voor een monument. De onthulling is op 28 september 1945.

Een potje breken

Twintig jaar na de bevrijding, in 1965, wordt een lokale straatnaam omgedoopt tot Wilfred Berrystraat. De dood van soldaat Berry is voor altijd verbonden aan Oldeholtpade. Op scholen, in kantines. Iedereen in Oldeholtpade kent het verhaal van Berry. De journalist Edmonds is in 1967 in Nederland voor een artikel voor de krant Maclean’s over de immer en aanhoudende Canadese goodwill bij de Nederlanders.  Tijdens zijn bezoek aan Nederland hoort hij telkens weer een typisch Nederlandse gezegde als het gaat over de Canadezen. ‘Ze kunnen een potje bij ons breken’.  Een gezegde die Edmonds letterlijk vertaalt met ‘ They can break a pot of mine any time’. Om  het gevoel, het waarom achter deze woorden en de niet aflatende dankbaarheid van de Hollanders te illustreren beschrijft en vertelt de Canadese journalist het verhaal van Wilfred Robert George Berry en het Friese dorpje Oldeholtpade.  Aan de wandel in de bossen en over de weilanden rondom Wolvega passeerde ik onlangs het monument van Wilfred Robert George Berry in het dorpje Oldeholtpade. Een dorpje met duizend inwoners, een voetbalclub en een niet onverdienstelijke korfbalclub. En een dorp met verdriet, ontzag en eerbied voor haar oorlogsheld. Want het enige oorlogsbloed van Oldeholtpade is Canadees bloed, aldus Edmonds verderop in zijn artikel. Het bloed van Wilfred Berry, een onbekende soldaat uit St. Catherines, Ontario, Canada.

(dit verhaal is gepubliceerd door René Hoeflaak op 29 december 2013 op zijn blog renehoeflaak.com)

Meer nieuws